Inmiddels zijn we aangekomen in het bijzondere Zuid-Korea dat indrukwekkend en overweldigend is. Dit is weer een hele andere (en voor ons nieuwe) kant van Azië. Daarover straks meer, maar eerst nog terug naar de laatste dagen in Taiwan. Waar de temperatuur opliep naar 30 graden en het zonnetje zich ook af en toe door de dikke laag smog heen liet zien. Ondanks de warmte hebben we heel veel kunnen zien en doen.
We zijn bijvoorbeeld naar het ‘creative park‘ geweest. Maar omdat er kennelijk twee creative parks in Taipei zijn, stonden we eerst bij het verkeerde… Dit was een soort museumpark met tentoonstellingen over moderne kunst en design. Precies mijn ding, want ik ben een enorme moderne kunst fan…. Niet dus. Maar uiteindelijk kwamen we bij het juiste creative park. Een park waar het op zondag druk is met gezinnen die gaan picknicken en vol met leuke winkels en cafés. Daarna gingen we naar een kattencafé. Het schijnt dat het concept kattencafé uit Taiwan komt en inmiddels vind je er in elke wijk wel in. Koffie en katten zijn een perfecte combinatie.
Ook hebben we een uitstap naar het dorpje Jiufen gemaakt. Iets dat deze reis hoog op mijn bucketlist stond, want één van mijn lievelingsfilms – Spirited Away – is geïnspireerd op dit dorpje. Het was ooit een Japans goudmijn dorpje en de Japanners hebben hun invloeden achtergelaten. De Japanse huisjes staan hoog op de bergen, tussen de wolken, met een onwijs mooi uitzicht over tempels en de zee. ‘s Avonds gaan de rode lantaarns aan en dan is het net alsof je door een sprookje loopt, je moet alleen nog de honderden Chinese toeristen even wegdenken.
De allerlaatste dag gingen we naar de dierentuin, hoewel ik daar nooit zo’n fan van ben. Het was twee euro en lag op de route naar de berg die we wilden beklimmen. We kwamen voor de panda’s, maar die hadden vakantie. Het bleek een feestdag te zijn en er waa bijna niemand in het park. Dus we hadden het prachtige groene rijk bijna voor ons alleen. Vanaf hier namen we de kabelbaan naar de top van de berg, ik heb mijn hoogtevrees gelukkig steeds beter onder controle. We bezochten een tempel boven op de berg met uitzicht over de skyline van Taipei. Prachtig.
En dat proeven van het Taiwanese eten heb ik ook de afgelopen dagen weer voortgezet. Het lekkerste vond ik de lekkernij waar Taiwan om bekend staat: pineapple cake. Je kunt niet zeggen dat je in Taiwan bent geweest als je geen pineapple cake hebt gegeten. Nog iets anders wat je absoluut moet hebben gegeten in Taipei is de hot star gefrituurde XXL kip. Eigenlijk gewoon een grote kipnugget of kipschnitzel. Lekker, maar ik vond het niet bijzonder.
En toen… Seoul, Zuid-Korea. Een onbekende taal, een onbekend schrift en een onbekende cultuur. Het land van gangnamstyle, K-pop, jongens die make-up dragen en natuurlijk het land met het beruchte buurland. In Seoul wonen 25 miljoen mensen, zo’n 40% van de totale Koreaans bevolking. Je kunt je dus voorstellen dat het een nogal grote stad is. Er is daarom ook genoeg te doen en we hebben een vol schema. Ons hostel zit midden in de wijk die nooit slaapt, Dongdaemun. Waar veel restaurants 24 uur per dag open zijn en de shoppingmalls tot 4 uur ‘s nachts doorgaan. Dus dat komt goed uit.
We hebben de eerste dagen vooral alle ‘hippe buurten’ bezocht, omdat het weekend was – en dus gezellig. Itaewon, de wijk van de expats. Apgujeong, de wijk van de rijken. Samcheongdong, de wijk vam de extreem rijken die 12 euro voor koffie betalen. Gangnam, de wijk voor de feestgangers. Insadong, de wijk voor de toeristen. Myeong-dong, de wijk voor de shoppers. Hongdae, de wijk van de door k-pop geobsedeerde jongeren. En onze eigen wijk, Dongdaemun, de wijk van de diehard shoppers en nachtuilen.
We zijn ook naar het Namsanpark geweest, wat eigenlijk een berg is. De lente zorgt voor onvergetelijk mooie omgeving met alle bloemen en sakura vol in de bloei. Ook het uitzicht over het immens grote Seoul is vanaf de berg geweldig. Super indrukwekkend om te zien hoe groot Seoul is.
Wat me vooral is opgevallen is het oneindige aantal plastische chirurgen en de daarbijhorende reclameposters. Veel mensen komen hier voor medisch toeristme. De dokters zijn hier goed en de operaties betaalbaar. Maar ook voor de locals is een chirurgische ingreep als het zetten van nepnagels. Normaalste zaak van de wereld en niemand die omkijkt als je als een met verband ingepakte mummie over straat loopt. Behalve ik dan, want ik vond het te fascinerend om niet te staren. De vrouwen hier zien er stuk voor stuk uit alsof ze uit een tijdschrift zijn weggelopen. Daar krijg ik een accuut minderwaardigheidscomplex van. Hoe kan je haar aan het einde van de dag nog zo perfect zitten? Waar haal je zo’n lippenstift die écht de hele dag als een tattoo op je lippen blijft? Maar ja, de Koreaanse vrouwen zijn ook altijd in een spiegeltje aan het staren en hun neus aan het poederen. Je moet er maar tijd en zin voor maken.
Qua eten hebben we vooral de bekende gerechten geprobeerd. Bibimbap, rijst met vlees en (gefermenteerde) groenten. Bulgogi, gemarineerd en verrukkelijk rundvlees. Bij galbi krijg je een grote pan op tafel dat gevuld wordt met vlees, groenten en rijst en een medewerker komt het dan voor je bakken. Het is lekker, maar vooral ook heel pittig! De lokale alcohol hebben we trouwens ook reden op de rijstwijn party van ons hostel. Rijstwijn is hier goedkoper dan water. Misschien is het om die reden dat Koreanen de nummer twee grootste alcoholisten van de wereld zijn (na de Ieren).
No Comments